Balans per 31 december 2017

ACTIVA

31-12-2017

31-12-2016

PASSIVA

31-12-2017

31-12-2016

Vaste activa

Vaste passiva

Immateriële vaste activa

911.704

744.490

Eigen vermogen

44.030.097

38.215.898

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

911.704

744.490

Algemene reserve

12.903.091

12.200.983

Bestemmingsreserves

27.074.338

24.750.517

Gerealiseerde resultaat

4.052.667

1.264.399

Materiële vaste activa

198.058.471

200.585.428

Voorzieningen

6.887.970

6.140.953

Investeringen met economisch nut:

voor verplichtingen, verliezen en risico's

6.106.831

5.524.429

- gronden uitgegeven in erfpacht

354.926

354.926

van derden verkregen middelen die specifiek besteed moet worden

781.138

616.524

- overige investeringen met een economisch nut

113.578.225

116.644.883

Invest.met econ.nut, waarvoor een heffing kan worden geheven

40.947.372

41.081.663

Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut

43.177.948

42.503.956

Financiële vaste activa

1.631.871

1.517.989

Vaste schulden > 1 jaar

164.188.634

177.205.475

Overige langlopende leningen

963.729

849.847

Onderhandse leningen van:

Overige uitzettingen > 1 jaar

668.142

668.142

- binnenlandse banken en overige financiële instellingen

164.188.634

177.205.475

Totaal vaste activa

200.602.046

202.847.907

Totaal vaste passiva

215.106.701

221.562.327

Vlottende activa

Vlottende passiva

Voorraden

10.630.685

10.471.389

Netto vlottende schulden < 1 jaar

8.113.197

9.501.461

Grond- en hulpstoffen

-

-

Banksaldi

-

-

Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie

10.630.685

10.471.389

Overige schulden

8.113.197

9.501.461

Uitzettingen < 1jaar

13.568.642

22.352.357

Overlopende passiva

7.411.683

8.731.205

- vorderingen op openbare lichamen

5.725.320

6.159.661

Nog te betalen bedragen

6.099.975

6.719.144

- rekening-courantverhouding met het Rijk

2.470.000

9.625.911

Ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een

- overige vorderingen

5.373.322

6.566.785

specifiek bestedingsdoel van:

- het Rijk

469.973

376.403

Liquide middelen

216.459

119.088

- overige Nederlandse overheidslichamen

354.926

1.253.709

- kassaldi

23.411

13.412

Overige vooruitontvangen bedragen

486.808

381.950

- banksaldi

193.048

105.676

Overlopende activa

5.613.747

4.004.251

- overige nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde bedragen

5.613.747

4.004.251

Totaal vlottende activa

30.029.533

36.947.085

Totaal vlottende passiva

15.524.880

18.232.667

Recht verliescompensatie krachtens de Wet op de Vennootschapsbelasitng 1969

-

-

Gewaarborgde geldleningen

131.304.841

135.617.535

Toelichting op de balans

Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV)
De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de verslagleggingsvoorschriften van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet. Hierin stelde de gemeenteraad op 15 december 2016 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vast.

Voor investeringen van voor 1 januari 2004 (invoeringsdatum BBV) blijven de tot dan toe gehanteerde methodes gehandhaafd. Uitzonderingen hierop zijn de investeringen met betrekking tot rioleringswerken en onderwijshuisvesting. Daarvan zijn de afschrijvingstermijnen aangepast.

Tot slot nemen wij aan de actiefzijde van de balans (buiten de balanstelling) het bedrag op waarvan het recht bestaat op verliescompensatie krachtens de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969.

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij betreffende balansposten anders is vermeld, nemen wij de activa en passiva op tegen nominale waarden. De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel lichten wij in het vervolg van deze jaarrekening toe.

De baten en lasten rekenen wij toe aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten nemen wij slechts op voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, nemen wij in acht indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend waren. Baten en lasten, waaronder ook begrepen heffing van de vennootschapsbelasting, worden daarbij verantwoord tot hun brutobedrag.

De leges omgevingsvergunningen verantwoorden wij in het jaar van de aanvraag of als de aanvraag per balansdatum nog in behandeling is, naar rato van de uitgevoerde werkzaamheden met betrekking tot deze aanvraag.

Dividendopbrengsten van deelnemingen verantwoorden  wij als baten op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.

In de jaarrekening is de algemene uitkering opgenomen volgens de in 2017 laatste gepubliceerde accresmededeling (septembercirculaire 2017). Bij de verwerking van de algemene uitkering is uitgegaan van de beschikking van 30 november 2017 (betaalmaand twaalf).

Personeelslasten rekenen wij in principe toe aan het dienstjaar waarop ze betrekking hebben. Uitzondering hierop is de ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden.

Persoonsgebonden budgetten (PGB) Jeugd en Wmo
De PGB’s zijn in de jaarrekening 2017 opgenomen volgens de projectbrief Rechtmatigheid 2017 van de SVB dd. 18 maart 2018.

Eigen bijdrage Centraal Administratie Kantoor (CAK)
De wetgever heeft bepaald dat het CAK de berekening, oplegging en incasso van de eigen bijdragen in het kader van de Wmo uitvoert. Als gevolg van privacy redenen hebben de gemeenten niet direct inzicht in de individueel door het CAK berekende eigen bijdrage van de cliënt en kunnen daarom de juistheid en volledigheid van de eigen bijdrage niet vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdrage door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdrage geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeente geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen krijgen.

Toelichting op de balans per 31 december 2017
(postgewijs)

Activa

Vaste activa
De vaste activa waarderen wij op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de afschrijvingen. Waardering geschiedt in beginsel volgens de bruto-methode. Uitzonderingen hierop zijn bijdragen van derden die in directe relatie staan met het actief. Deze brengen wij direct in mindering als bijdrage. Evenals gevormde reserves voor investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Deze verwerken wij als afwaardering.

Afschrijving vindt plaats tegen een vast percentage van de aanschaffingswaarde (lineair). Bij bepaling van dit percentage zijn de daarvoor geldende voorschriften in acht genomen.
Bij enkele activa vindt afschrijving plaats op annuïteitenbasis, omdat wij hiermee een gelijkmatiger verdeling van de kapitaallasten over de gehele levensduur verkrijgen (investeringen Vliegende Vaart, aanschaf woonwagens en enkele rioleringswerken). De hoofdlijn is dat wij in het investeringsjaar naar rato over het boekjaar afschrijven.

De rente is verdeeld over de programma’s op basis van de boekwaarde van de vaste activa aan het begin van het dienstjaar met behulp van het geactualiseerde omslagpercentage. Voor enkele activaposten passen wij een vast percentage toe.

Immateriële vaste activa

31-12-2017

31-12-2016

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

911.704

744.490

TOTAAL

911.704

744.490

Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd indien aan de volgende vereisten is voldaan:

  • Er is sprake van een investering door een derde.
  • De investering draagt bij aan de publieke taak.
  • De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen.
  • De bijdrage kan door de gemeente worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de gemeente anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.

Op de geactiveerde bijdragen aan activa in eigendom van derden wordt afgeschreven, waarbij de afschrijvingsduur maximaal gelijk is aan de verwachte gebruiksduur van de activa waarvoor de bijdrage aan derden wordt verstrekt.

De bijdragen aan activa in eigendom van derden zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met de afschrijvingen.
De bijdragen aan activa in eigendom van derden betreft bijdragen aan diverse sportverenigingen en stichtingen.

In 2017 is dit uitgebreid met een bijdrage van € 212.500 aan de voetbalvereniging Terneuzen voor een kunstgrasveld.

Bijdrage aan activa in eigendom van derden

31-12-2017

Verbouw kerk Westdorpe

345.903

Kunstgrasveld voetbalacc.Hoek

116.952

Verlichting voetbalacc.Tern.Boys

25.875

Kunstgrasveld voetbalacc.Terneuzen

206.153

Jeugdhonk Gregoriuscentrum

9.000

Kunstgrasveld hockeyveld Olympia

70.063

Kunstgrasveld KV Zaamslag

31.219

Onderhoud Grote Kerk Terneuzen

106.539

Totaal

911.704

Materiële vaste activa

31-12-2017

31-12-2016

De materiële vaste activa bestaat uit de volgende onderdelen:

- In erfpacht uitgegeven gronden

354.926

354.926

- Investeringen met een economisch nut

113.578.225

116.644.883

- Investeringen met een econ.nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven

40.947.372

41.081.663

- Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut

43.177.948

42.503.956

Investeringen met economisch nut, inclusief erfpacht

31-12-2017

31-12-2016

De investeringen met economisch nut kunnen als volgt worden verdeeld:

Strategische gronden

2.247.596

2.581.172

Gronden en terreinen

6.442.576

6.442.576

Woonruimten

938.009

1.049.417

Bedrijfsgebouwen

90.269.339

93.244.048

Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

8.009.420

7.693.976

Vervoermiddelen

1.306.669

1.303.367

Machines, apparaten en installaties

2.584.116

2.821.151

Overige materiële activa

2.135.426

1.864.102

Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de

31-12-2017

31-12-2016

kosten een heffing kan worden geheven

Deze investeringen kunnen als volgt worden verdeeld:

Investeringen m.b.t.inzamelen huishoudelijk afval

- Vervoermiddelen

836.740

1.041.980

- Machines, apparaten en installaties

246.103

300.676

- Overige materiële activa

24.551

36.826

Investeringen m.b.t.begraafplaatsen

- Gebouwen

28.763

29.932

- Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

73.891

84.674

- Machines, apparaten en installaties

13.932

15.739

Investeringen m.b.t.rioleringen

- Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

39.723.392

39.571.836

Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut

31-12-2017

31-12-2016

De investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut kunnen als volgt worden verdeeld:

Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

43.177.948

42.502.584

Overige materiële activa

-

1.372

TOTAAL

43.177.948

42.503.956

De materiële vaste activa zijn uitgaven die een meerjarig nut hebben en die wij in meerdere jaren afschrijven.
De materiële vaste activa zijn onderverdeeld in materiële vaste activa met economisch nut, maatschappelijk nut en investeringen met economisch nut, waarvoor wij ter bestrijding van de kosten een heffing kunnen heffen. Dit, voor zover het investeringen betreft die wij grotendeels of meer doen voor riolering of het inzamelen van huishoudelijk afval en begraafplaatsen.

Onder investeringen met een meerjarig maatschappelijk nut verstaan wij investeringen in aanleg, reconstructies, verbetering en aanpassing van (inrichting) wegen, waterwegen, civiele kunstwerken, groen en kunstwerken.
Activa met economisch nut en een verkrijgingsprijs van meer dan € 5.000 activeren wij.
Investeringen in gronden en terreinen activeren wij zonder dat hierop afschrijving plaatsvindt.

Erfpachten worden gewaardeerd op basis van de eerste verkrijgingsprijs. Erfpachten lopen 75 jaar of 30 jaar (sportvelden).
De investeringen met betrekking tot strategische gronden betreft gronden in voorraad, waarvoor nog geen concrete plannen zijn. Voorheen werden deze verantwoord onder als niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) bij voorraad bouwgrond.

Verdere informatie is terug te vinden in het overzicht verloop vaste activa.

Strategische gronden

31-12-2017

Kop van de Noordstraat Terneuzen

596

Anna Bijnsstraat Terneuzen

76.579

Voormalig terrein C-1000 Axel

216.150

Windlust II Hoek

189.105

WWC Emmabaan Koewacht

777.609

Beurtvaartkade Terneuzen

776.955

Torenberg II Zaamslag

197.408

Visserverkorting Westdorpe

13.195

Totaal

2.247.597

De vermeerderingen van grond-, weg- en waterbouwkundige werken betreffen o.a. diverse rioleringswerkzaamheden en reconstructie diverse wegen volgens het Gemeentelijk Rioleringsplan en het Wegenprogramma.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen in jaren

a.

Rioleringen

65

b.

Nieuwbouw woonruimten en schoolgebouwen

40

c.

Nieuwbouw kantoren en bedrijfsgebouwen

40

d.

Nieuwbouw tijdelijke woonruimten en tijdelijke bedrijfsgebouwen

25

e.

Renovatie, restauratie en aankoop woonruimten, en schoolgebouwen

25

f.

Renovatie, restauratie en aankoop kantoren en bedrijfsgebouwen

25

g.

Technische installaties in bedrijfsgebouwen

15

h.

Veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen

15

i.

Telefooninstallaties

10

j.

Automatiseringsapparatuur en software

5

k.

Kantoormeubilair en schoolmeubilair

10

l.

Motorvaartuigen

20

m.

Zware transportmiddelen en schuiten

20

n.

Aanhangwagens, personenauto's en lichte voertuigen

15

a.

Parken, sportvelden en groenvoorzieningen

30

b.

Wegen, pleinen en rotondes

30

c.

Tunnels, viaducten en bruggen

30

d.

Geluidswallen

30

e.

Openbare verlichting, armaturen

20

Openbare verlichting, lichtmasten

40

f.

Straatmeubilair

30

g.

Havens, kades, sluizen en waterkeringen

30

h.

Waterwegen, waterbergingen en walbeschoeing

30

i.

Pompen en gemalen

15

Financiële vaste activa

31-12-2017

31-12-2016

De financiële vaste activa kunnen als volgt worden verdeeld:

- Kapitaalverstrekkingen

-

-

- Leningen

-

-

- Overige langlopende leningen

963.729

849.847

- Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een looptijd > 1 jaar

-

-

- Uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een looptijd > 1 jaar

-

-

- Overige uitzettingen met een looptijd > 1 jaar

668.142

668.142

TOTAAL

1.631.871

1.517.989

De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid op de boekwaarde in mindering gebracht. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, vindt afwaardering naar deze lagere marktwaarde plaats.

De kapitaalverstrekkingen en leningen zijn opgenomen tegen nominale waarde.
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen.

De langlopende geldleningen hebben o.a. betrekking op leningen aan (sport)verenigingen of stichtingen.

De overige uitzettingen zijn de aandelen.

Overige uitzettingen (aandelen)

31-12-2017

Delta

547.890

BNG

113.685

St.Adm.kant.Dataland

2.850

Econ.impuls Zeeland

3.717

Totaal

668.142

Totaal vaste activa

31-12-2017

31-12-2016

200.602.046

202.847.907

Voor een nadere specificatie van de boekwaarde van de vaste activa per 31 december 2017 en het verloop daarvan verwijzen wij naar het overzicht Verloop vaste activa.

Vlottende activa

Voorraden

31-12-2017

31-12-2016

De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën:

Grond- en hulpstoffen

-

-

Onderhanden werk, gronden in exploitatie (gronden met kostprijsberekening)

11.012.685

10.785.389

af: Voorziening exploitatieverliezen bouwgrond t.b.v. a

382.000-

314.000-

Totaal onderhanden werk

10.630.685

10.471.389

TOTAAL

10.630.685

10.471.389

De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG) verantwoorden wij met ingang van 2016 niet langer onder voorraden, maar als strategische gronden bij investeringen met economisch nut. Deze zijn ondergebracht bij de materiële vaste activa.

De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie waarderen wij tegen de vervaardigingsprijs, dan wel tegen de lagere marktwaarde.
De vervaardigingsprijs omvat de kosten die wij rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen toerekenen (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken) verminderd met de opbrengst wegens verkopen. Dit geldt ook voor een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.

Voor winstnemingen hanteren we, voor de lopende grondexploitaties, met ingang van 2017 de zogenaamde ‘percentage of completion’ (poc) methode conform de voorschriften van de commissie BBV. Deze methode van winstneming is een uitvloeisel uit de notitie Grondexploitaties 2016 van de commissie BBV. De methode was voor 2017 echter nog niet helemaal uitgekristalliseerd door de commissie BBV waardoor toepassing vanaf 2016 niet mogelijk was. Door publicaties in 2017 en 2018 van de commissie BBV is de poc methode nader uitgewerkt en dienen wij deze methode van winstneming toe te passen.

Voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd wordt tussentijds naar rato van de voortgang van de kosten en de opbrengsten winst worden genomen. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:

1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat; én
2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht; én
3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Voor de gemeente Terneuzen ziet deze verplichting met name toe op de complexen Terneuzen Zuid en Othene, hier is in 2017 als gevolg van bovenstaande wijziging € 1,8 miljoen tussentijds winst genomen. Het toepassen van deze poc-methodiek van vóór 1 januari 2017 zou voor deze complexen een winstneming hebben betekend van € 1,0 miljoen.

complexnaam

Boek-waarde 1 januari 2017

Vermeer
deringen

Vermin
deringen

Winst
neming

Boek-waarde 31 december 2017

Voorziening verlies-latend complex

Balans-waarde 31 december 2017

Geraamde nog te maken kosten

Geraamde nog te realiseren opbrengsten

Geraamd resultaat (nominale waarde)

Geraamd resultaat (contante waarde)

Einde exploitatie

Handelspoort-zuid

2.719

78

-3

0

2.794

-289

2.505

509

-3.356

-342

-323

2020

Terneuzen Zuid

8.240

591

-1.386

1.484

8.929

0

8.929

4.566

-16.053

-2.557

-2.316

2022

Othene

-2.066

-5

-240

198

-2.113

0

-2.113

-13

2.000

-125

0

Windlust I Hoek

155

7

-58

0

104

-32

72

28

-97

3

3

2020

Buitenweg Axel

243

9

-358

106

0

0

0

0

0

0

0

fin.afgewikkeld

Vissersverkorting Westdorpe

233

2

-236

0

0

0

0

0

0

0

0

naar MVA

Braakmanlaan Biervliet

600

18

0

0

618

0

618

36

-713

-59

-49

2026

Baljuwlaan Sluiskil

660

21

0

0

681

-61

620

104

-719

6

5

2020

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

10.785

721

-2.281

1.788

11.013

-382

10.631

5.231

-18.937

-3.075

-2.680

De waardering van de in exploitatie genomen gronden is gebaseerd op de inzichten van november 2017 (herziening kostprijsberekeningen) en de daarbij behorende inschatting van uitgangspunten, parameters en risico’s. Uiteraard betreft dit een inschatting die omgeven is door onzekerheden, die periodiek, maar minimaal jaarlijks, wordt herzien en waarbij de waardering in het komende jaar zowel positief als negatief kan uitvallen. Het college is van mening dat op basis van de huidige informatie en inzichten de beste schatting is gemaakt voor de waardering van de in exploitatie genomen gronden.

Het college hanteert de volgende algemene uitgangspunten ten aanzien van haar schattingen:

  • rentepercentage bedraagt 2,97 %;
  • kostenindexatie bedraagt 3,00 %;
  • opbrengstenindexatie bedraagt 1,50 %;
  • de geplande afzet is gebaseerd op de inzichten van de herziening van de verschillende kostprijsberekeningen van november 2017, waar nodig zijn deze inzichten bij de jaarrekening geactualiseerd.

De risico’s zijn nader toegelicht in de paragraaf Grondbeleid en de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing in het jaarverslag. De grootste risico’s ten aanzien van de huidige schattingen en de mogelijke uitkomst daarvan zijn gelegen in de complexen Handelspoort Zuid, Baljuwlaan en Windlust, hiervoor is een voorziening exploitatieverliezen bouwgrond opgenomen.

De voorziening exploitatieverliezen bouwgrond is te beschouwen als een correctie op de boekwaarde van de gronden. Hierna volgt een overzicht van de Voorziening exploitatieverliezen bouwgrond.

Voorziening exploitatieverliezen bouwgrond

31-12-2017

Handelspoort Zuid

289.000

Baljuwlaan Sluiskil

61.000

Windlust I Hoek

32.000

Saldo 31-12-2017

382.000

Het onderzoek naar de mogelijke vestiging van een Veiligheidsoefencentrum, in welke vorm dan ook, is nog niet afgerond. Begin 2015 is de haalbaarheid van een internationaal centrum voor industriële, maritieme en ondergrondse veiligheid in Zeeland onderzocht. Als vervolg op de verkennende haalbaarheidsstudie is met projectpartners (Vigiles, BAM, H2K, Westerscheldetunnel, provincie Zeeland en gemeente Terneuzen) besloten de onderzochte opzet te trechteren naar de specialisaties ondergrondse veiligheid en industriële veiligheid. Hiervoor is op 17 maart 2017 in dit verband de coöperatie Schelde Safety Network UA opgericht. Deze coöperatie gaat het veiligheidscentrum tot stand brengen, nadat voor de leden het beoogde dienstenpakket van training- en oefenactiviteiten gereed is. In februari 2016 is een businesscase “Veiligheidscentrum” kennis en trainingscentrum gereed gekomen. In deze businesscase houdt men rekening met een centrum dat in de startfase een oppervlakte van circa 5 hectare nodig heeft. Deze 5 hectare zijn in het regionaal bedrijventerreinenprogramma Zeeuws Vlaanderen opgenomen als bovenlokaal project. De realisatie is afhankelijk van marktomstandigheden. Op basis van de onlangs op 17 maart 2017 in dit verband opgerichte coöperatie Schelde Safety Network UA schatten wij de kans op realisatie positief in.

Uitzettingen < 1 jaar

31-12-2017

31-12-2016

Vorderingen op openbare lichamen

5.725.320

6.159.661

Uitzettingen in 's Rijks schatkist

-

-

Rekening-courantverhouding met het Rijk

2.470.000

9.625.911

Belastingen

2.045.722

2.632.516

Overige vorderingen

4.726.555

4.556.723

Voorziening dubieuze debiteuren

1.398.955-

622.454-

TOTAAL

13.568.642

22.352.357

De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar (vorderingen) waarderen wij tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is bepaald op basis van een combinatie van statische en dynamische waardebepaling.

Het bedrag onder rekening-courantverhouding met het Rijk betreft het zogenaamde schatkistbankieren. Per 31 december 2017 is dit bedrag vanuit de overtollige liquide middelen afgeroomd naar de rijksschatkist.

In het bedrag van de overige vorderingen is begrepen de nog te ontvangen BTW-compensatiefonds.

In het bedrag van overige vorderingen is begrepen een bedrag van € 1.560.153 voor debiteuren Sociale Zaken.
Dit bedrag is als volgt te specificeren:

De doorbetalingsverplichting is opgenomen onder de kortlopende schulden.

Debiteuren Sociale Zaken

31-12-2017

a. diverse categorieën vorderingen waarvoor per 31 december 2017 afwikkeling geheel ten gunste van de gemeente komt

2.090.374

b. diverse categorieën vorderingen waarvan bij ontvangst het rijksaandeel moet worden doorbetaald

355.691

AF:

Voorziening dubieuze debiteuren betreffende vorderingen onder a.

619.143

Doorbetalingsverplichting: 75% van de vorderingen onder b.

266.769

Totaal

1.560.153

In de voorziening dubieuze debiteuren is een bedrag van € 1.018.410 opgenomen als gevolg van de uitspraak van 15 juni van de Hoge Raad over de precariobelasting.

Schatkistbankieren
Decentrale overheden zijn vanaf 15-12-2013 verplicht om hun overtollige middelen in de schatkist aan te houden. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen.

Gevolgen voor Terneuzen
Het drempelbedrag voor Terneuzen is € 1.098.000. (0,75% van het begrotingstotaal). Het bedrag hierboven moeten wij afromen naar de rijksschatkist. Dit is meerdere keren gebeurd. De vergoeding voor het aanhouden van middelen bij de schatkist is gebaseerd op het Eonia-tarief. Het gemiddelde rentetarief voor 2017 was  0 %. Over 2017 is er geen rentevergoeding ontvangen. In 2017 is het gemiddelde drempelbedrag niet overschreden.

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1.000)

(1)

Drempelbedrag

1.098

(2)

Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

270

259

253

242

(3a) = (1) > (2)

Ruimte onder het drempelbedrag

828

839

845

856

(3b) = (2) > (1)

Overschrijding van het drempelbedrag

-

-

-

-

(1) Berekening drempelbedrag

(4a)

Begrotingstotaal verslagjaar

146.442

(4b)

Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen

146.442

(4c)

Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat

-

(1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een minimum van €250.000

Drempelbedrag

1.098

(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

(5a)

Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil)

24.285

23.560

23.300

22.254

(5b)

Dagen in het kwartaal

90

91

92

92

(2) - (5a) / (5b)

Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen

270

259

253

242

Liquide middelen

31-12-2017

31-12-2016

Kassen

23.411

13.412

Banksaldi

193.048

105.676

TOTAAL

216.459

119.088

De liquide middelen zijn tegen nominale waarde opgenomen.

Overlopende activa

31-12-2017

31-12-2016

Te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinaciering op uitkeringen

met een specifiek bestedingsdoel van:

- Europese overheidslichamen

-

-

- Het Rijk

-

-

- Overige Nederlandse overheidslichamen

-

-

Overige nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde bedragen

5.613.747

4.004.251

TOTAAL

5.613.747

4.004.251

De overlopende activa zijn tegen nominale waarde opgenomen. Onder overlopende activa vallen onder meer de nog te ontvangen bedragen. De overlopende activa zijn, voor zover mogelijk, afgewikkeld.

Passiva

Eigen vermogen

Reserves

31-12-2017

31-12-2016

Algemene reserve

12.903.091

12.200.983

Bestemmingsreserves

27.074.338

24.750.517

Gerealiseerde resultaat

4.052.667

1.264.399

TOTAAL

44.030.097

38.215.899

Reserves zijn vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die bedrijfseconomisch vrij te besteden zijn. Aan reserves kunnen wij een bepaalde bestemming geven, de bestemmingsreserves.

Algemene reserve
De algemene reserve heeft vooral een algemene bufferfunctie. Incidenteel vangen wij in de loop van het jaar via deze reserve tegenvallers op. Het saldo van de algemene reserve bedraagt per 31 december € 12.903.091.

De toename van de bestemmingsreserves betreft vooral de toevoeging aan de reserve Sociaal Domein € 885.900 wegens overschot op de beschikbaar gestelde rijksmiddelen voor de WMO (€ 2.399.500), de het nadeel op de jeugdbudgetten van € 1.340.600. Daarnaast zijn er bedragen onttrokken aan de reserve herinrichting Kop van de Noordstraat (€ 223.700) en de reserve bouwgrondexploitatie (€ 393.858). Voor de reserve bouwgrondexploitatie is een winstneming van € 1.681.500 toegevoegd.

Een samenvattend overzicht van het verloop van de overige reserves en een toelichting hierop is als bijlage bij deze balanstoelichting opgenomen.

Resultaat
Het resultaat betreft het saldo van de rekening na verwerking van de door de raad genomen besluiten. Over 2017 bedraagt het voordelig saldo € 4.052.667. Bij de vaststelling van de jaarrekening doen wij een voorstel voor de verdeling/bestemming van dit saldo.

Voorzieningen

31-12-2017

31-12-2016

Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's

6.106.831

5.524.429

Voorzieningen van derden verkregen middelen die specifiek besteed moet worden

781.138

616.524

TOTAAL

6.887.970

6.140.953

Voorzieningen waarderen wij op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies.
De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is  echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd.
De verminderingen in voorzieningen betreffen aanwendingen voor het doel waarvoor de voorziening is ingesteld.

De verminderingen in 2017 betreffen onder andere de jaarlijkse herrekening van de verplichtingen voormalige ambtsdragers (APPA) en de voorziening wachtgeld voor een gewezen wethouder.

Op 15 juni 2018 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan over het cassatieberoep in de procedure precariobelasting 2015 van de gemeente Hulst. Voor het bestreden bedrag van de aanslag 2016, € 1.012.400, vormen wij een risicovoorziening precariobelasting.

Een samenvattend overzicht van het verloop van de voorzieningen en de toelichting hierop is als bijlage bij deze balanstoelichting opgenomen.

Vaste schulden > 1 jaar

31-12-2017

31-12-2016

a. Onderhandse leningen:

- Binnenlandse banken en overige financiële instellingen

164.188.634

177.205.475

b. Waarborgsommen

-

-

TOTAAL

164.188.634

177.205.475

De rente over deze vaste schuld bedroeg in 2017 : € 6.280.756. Vaste schulden met een rentetypische looptijd langer dan één jaar waarderen wij tegen nominale waarde verminderd met gedane aflossingen.

In 2017 hebben we geen geldleningen afgesloten.

Vlottende passiva

Netto vlottende schulden < 1 jaar

31-12-2017

31-12-2016

Kasgeldleningen

-

-

Banksaldi

-

-

Overige schulden

8.113.197

9.501.461

TOTAAL

8.113.197

9.501.461

Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar waarderen wij tegen nominale waarde. De netto vlottende schulden wikkelen wij binnen een jaar af.

Overlopende passiva

31-12-2017

31-12-2016

Nog te betalen bedragen

6.099.975

6.719.144

Ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel van:

- Europese overheidslichamen

-

-

- Het Rijk

469.973

376.403

- Overige Nederlandse overheidslichamen

354.926

1.253.709

Overige vooruitontvangen bedragen

486.808

381.950

TOTAAL

7.411.683

8.731.206

De nog niet bestede doeluitkeringen betreft de van overheidswege vooruit ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel. Dit ter dekking van de lasten van volgende begrotingsjaren.
Voor een nadere specificatie van dit bedrag en het verloop hiervan verwijzen wij naar het Overzicht verloop uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel.
De overige nog te betalen bedragen betreffen onder meer bedragen die wij nog moeten betalen, maar waarvoor wij nog geen factuur ontvingen. Deze bedragen zijn, voor zover mogelijk, afgewikkeld.

Saldo gewaarborgde geldleningen (buiten balanstelling)
Wij gaven garanties af voor betaling van rente en aflossing van bepaalde geldleningen. Dit betreffen leningen, aangegaan door woningbouw- verenigingen, instellingen in de gezondheidszorg en overige ten behoeve van de financiering van vaste activa. Met betrekking tot de woningbouwverenigingen gaven wij het risico door aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. De gemeente heeft hierbij slechts een achtervangfunctie.
Het saldo van de ultimo 2017 gegarandeerde geldleningen bedraagt ca. € 131,3 miljoen. Dit bedrag is volgens de voorschriften buiten de telling in de balans opgenomen.
Een samenvattend overzicht van het verloop van de gewaarborgde geldleningen is als bijlage bij deze balanstoelichting opgenomen.

Daarnaast maken wij deel uit van de Gemeenschappelijke Regeling die garant staat voor het vreemd vermogen van de NV Zeeland Seaports. Het deel waarvoor wij garant staan bedraagt inclusief het deel van de garantstelling voor WarmCo2 € 94 miljoen.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Verplichtingen aan derden
Wij hebben voor € 20,7 mln. aan niet uit de balans blijkende verplichtingen opgenomen. Dit zijn verplichtingen waaronder (lease) contracten die nog een looptijd hebben van langer dan een jaar. Hieronder geven wij een overzicht van de niet uit de balans blijkende verplichtingen:

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Energie

1.186.814

0

1.186.814

0

0

ICT

1.544.093

0

140.813

1.403.280

0

Onderhoud 

859.321

525.246

102.136

231.939

0

Overige

917.228

0

475.142

442.086

0

Verbonden Partijen

5.736.756

0

0

5.736.756

0

Zorg

10.430.783

0

0

8.349.110

2.081.673

Eindtotaal

20.674.995

525.246

1.904.905

16.163.171

2.081.673

  • Energie, verplichtingen voor de levering van nutsvoorzieningen;
  • ICT, verplichtingen voor o.a. lease, licenties, internet en software;
  • Onderhoud, onderhoud lichtmasten en gebouwen;
  • Overige, verplichtingen voor levering van motorbrandstoffen en verzekeringen;
  • Verbonden partijen, dit betreft de bijdragen aan verbonden partijen voor werkzaamheden (OLAZ, Dethon);
  • Zorg, verplichtingen in het kader van de uitvoering van de WMO taken.

Vennootschapsbelasting
In het kader van de vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen per 1 januari 2016, stemt de gemeente Terneuzen haar fiscale positie van het boekjaar 2016 en 2017 met de Belastingdienst af. Een aantal activiteiten van de gemeente Terneuzen zijn potentieel vennootschapsbelastingplichtig. Hieruit kan een vennootschapsbelasting-last voortvloeien. De omvang van de vennootschapsbelasting-last zal na afstemming met de Belastingdienst inzichtelijk worden. De gemeente Terneuzen is aansprakelijk voor de te betalen vennootschapsbelasting.  

Aansprakelijkstelling Leisurecentrum
Het Gerechtshof Den Bosch heeft op 2 januari 2018 arrest gewezen in de zaak waarbij de gemeente aansprakelijk is gesteld door de participanten in de skihal. Er is schadevergoeding gevorderd tot een bedrag van € 14.935.810,73 met wettelijke rente. De vordering is gebaseerd op de gedachte dat de gemeente onrechtmatig zou hebben gehandeld. De gemeente zou de beweerdelijke toezegging, dat zij alle noodzakelijke medewerking zou verlenen aan planologische procedures om ter plaatse van het leisurecentrum grootschalige detailhandel mogelijk te maken, niet nakomen.

Het Gerechtshof Den Bosch heeft de vordering afgewezen. Het Hof is van mening dat de gemeente niet is tekortgeschoten in de nakoming van de op haar rustende inspanningsverplichtingen. Evenmin is er sprake van het gestelde onrechtmatig handelen. Tegen de uitspraak van het Gerechtshof is geen cassatieberoep ingediend bij de Hoge Raad. Daarmee is deze procedure ten einde.

Aansprakelijkstelling speelkooi Othene
Omwonenden van de speelkooi in Othene eisen instelling van een dagelijkse sluitingstijd  van de speelkooi, op straffe van een dwangsom van € 2.500 per dag bij nalatigheid door de gemeente, met een maximum van € 100.000.

De Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de gemeente, bij vonnis van 25 februari 2017, veroordeeld tot het instellen van  sluitingstijd en het  nemen van maatregelen om de speelkooi gedurende bepaalde tijden af te sluiten en afgesloten te houden. Deze maatregelen zijn genomen om aan het vonnis te voldoen. De gemeente is nog in verweer tegen dit vonnis op het niveau van schriftelijk reageren. Welke kant dit opgaat is nog niet duidelijk. Het contact met de advocaat van de omwonenden verloopt moeizaam. Het bedrag van € 100.000 is geparkeerd op de derden rekening van AKD om beslaglegging te voorkomen. De wederpartij is nog niet tot beslaglegging overgegaan. We zijn hierover nog in onderhandeling.

Niet uit de balans blijkende rechten

Vennootschapsbelasting
Met ingang van het boekjaar 2016 wordt aan de actiefzijde van de balans buiten balanstelling het bedrag opgenomen waarvan het recht bestaat op verliescompensatie op grond van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Deze wet verstaat onder verliescompensatie het recht om een negatief belastbaar bedrag van een boekjaar te verrekenen met de belastbare winst van het voorafgaande jaar. Dit leidt tot een teruggave aan reeds betaalde vennootschapsbelasting. Op dit moment is verliescompensatie niet aan de orde.