Weerstandscapaciteit

Onder weerstandscapaciteit verstaan wij de middelen en mogelijkheden waarover wij beschikken om niet begrote kosten te dekken.

Om de weerstandscapaciteit te kunnen berekenen bepalen wij eerst de vermogensruimte. De vermogensruimte is als volgt bepaald:

Vermogensruimte

Berekening vermogensruimte

Bedrag

Stand algemene reserve per 31-12-2017

12.901

Te verwachten rekeningresultaten 2017-2022

pm

Geraamde dotaties/ onttrekkingen aan de algemene reserve                                

-370

Totale vrije vermogensruimte

12.531

De vermogensruimte zal verder toenemen met de onderuitputting kapitaallasten en precariobelasting (tot en met 2021). Zodra de aanslagen definitief zijn, hevelen wij de reserve precariobelasting over naar de algemene reserve. Vanaf 2015 ramen wij in de begroting geen onderuitputting kapitaallasten meer. Wij ramen de volledige kapitaallasten van alle lopende en nieuwe investeringen. Door vertraging in de uitvoering van investeringen en werkelijk lagere rente als geraamd kan er onderuitputting op de kapitaallasten ontstaan. Vooraf houden wij met dit mogelijk voordeel geen rekening. Dit betekent dat voordelen die ontstaan ten gunste komen van het begrotingsresultaat en daarmee tot versterking van het weerstandsvermogen leiden. Bijkomend effect is ook dat dit kan leiden tot een verlaging van de schuldpositie.

De weerstandscapaciteit is nu als volgt te berekenen:

Berekening weerstandscapaciteit

Bedrag

Structurele weerstandscapaciteit (exploitatieruimte)

Onbenutte belastingcapaciteit:

- Rioolheffing                                                                                      

134

- Afvalstoffenheffing                                                                                      

826

Stelpost voor onvoorziene uitgaven

250

Subtotaal structureel

1.210

Incidentele weerstandscapaciteit (exploitatieruimte)

Vrij aanwendbare deel algemene reserve

12.531

Stille reserves

PM

Subtotaal incidenteel

12.531

Totale weerstandscapaciteit

13.741